De Vliegende Hollander

‘Dominee en koopman,’ een combinatie die karakteristiek zou zijn voor de Nederlander. Ook in de Nederlandse mythe bij uitstek, ‘De Vliegende Hollander’ zijn dominee en koopman de dragende elementen. Een vertrekt op paaszondag met zijn zeilschip voor een reis naar De Oost. Een zeer ernstige zonde, uitvaren op de heiligste dag van het jaar. Het verlangen van de kapitein naar winst is echter zo groot dat hij zijn plicht als christen verzaakt.

Maar de straf van god blijft niet uit. Het schip van de zondaar vergaat maar blijft als spookschip over de zee zwerven. In dit verhaal wordt ook een oeroude angst voor de wreedheid van de zee verwoord. Een fragment uit de voorstelling die dit verwoordt:

Het verhaal van ‘De Vliegende Hollander,’ steeds weer doorverteld, deed de luisteraars altijd huiveren. Huiveren omdat die luisteraars de wreedheid van de zee maar al te goed kenden. Altijd weer wekte het verhaal herinneringen aan momenten van diepe angst. Paniek tijdens stormen waarbij de zeelieden afwisselend gevloekt en gebeden hadden. Het beeld van het spookschip aan de horizon, als beeld van een toekomstig zeemansgraf?